Wim De Schamphelaere

 

° Antwerpen, België 1963

leeft en werkt in Antwerpen — België

 

Wim De Schampelaere nam deel aan Coup de Ville 2013. Deze tekst werd gepubliceerd in de catalogus.

 

Het blijft altijd een radicale en onzekere beslissing wanneer iemand besluit om zijn verzekerde broodwinning vaarwel te zeggen om zich volledig aan de kunst te wijden. Toch nam fotograaf Wim De Schamphelaere dat besluit een aantal jaren geleden. Bovendien gaat het over een traagzame fotografie, die alleen maar tot stand komt door geleidelijk op te gaan in een gemeenschap, en dat behoorlijk ver van eigen deur. Het continent dat hem boeit, is Afrika. Zelden was er een fotograaf die haar inwoners met zo’n waardigheid en trots in foto’s vast heeft weten te leggen.

 

Overwegend maakt hij beelden van een gehele bevolkingsgroep, een dorp of stam. Alleen neemt dit wel enige tijd, soms weken, in beslag alvorens hij het respect van de modellen kan winnen. Soms loopt het avontuur bijna onmiddellijk af, wanneer hij nog maar in de buurt komt van sommige bijzonder afgelegen bevolkingsgroepen. Hij bezoekt de minst vanzelfsprekende plaatsen, maar ook daar kent men reeds de achteloze traditie waarbij toeristen, zonder communicatie of enige blijk van waardering, gratuit foto’s nemen. De Schamphelaere spreekt geen enkele taal die in Afrika gehanteerd wordt. Hij spreekt enkel Frans en Engels, maar daar kom je bij de Bosjesmannen, of in sommige desolate streken – die wel op de kaart staan, maar zonder dat de bewoners dit zelf beseffen – niet ver mee. Hij ziet dit als een voordeel omdat de bewoners via zijn gebarentaal overtuigd raken. Vooreerst begrijpen ze hierdoor dat hij een werkelijk vreemd Europees exemplaar is, maar vervolgens ook dat hij werkelijk overtuigd is van zijn zaak en daar aardig wat moeite voor onderneemt. Door zijn eigen uitzonderlijke lengte (twee meter) dient hij steeds te knielen om zijn modellen behoorlijk in beeld te brengen. Een geste die een symbolische betekenis toebedeeld krijgt.

 

Zijn foto’s hebben een verwantschap met sculptuur, voornamelijk omdat de personen die poseren bijna Griekse goden en godinnen lijken te zijn, of zelfs nog beter – en indien dit een overdrijving lijkt te zijn, is ze welgemeend. Dit heeft niet alleen te maken met de lichaamsbouw en musculatuur, maar vooral met de blik waarin die waardigheid overtuigend gefixeerd zit. Het zijn groepsportretten, maar met een dusdanige articulatie van het individuele dat een verwantschap ontstaat met de groepsportretten uit de Hollandse Gouden Eeuw.

 

Momenteel broedt De Schamphelaere op een nieuw project – het kwam zomaar uit de lucht vallen en betrof een verzoek van een Toeuareg-hoofd: “Begeleid me vanuit Burkina Faso naar België, omdat ik wil zien hoe jij daar leeft. Maar ik doe deze tocht alleen met mijn zes kamelen en jou daarbij.” Onmiddellijk – vooral omdat vriendschap soms geen mogelijkheid biedt tot weigering – heeft De Schamphelaere toegezegd. Dit betekent dat hij in 2014 enkele maanden op het ‘schip van de woestijn’ van het Zuiden naar het Noorden zal navigeren: vanuit Burkina Faso doorheen Mali, Senegal, Mauritanië, Marokko, Frankrijk en ten slotte België.